Terug naar > Actueel
Verpleegkundig rekenen automatiseren of automatiseren van verpleegkundig rekenen?

Dit najaar bleek dat veertig procent van de 1630 respondenten van een verpleegkundig vakblad aangaf wel eens een rekenfout te hebben gemaakt bij medicatie toediening.  In 7% van de gevallen had dit gevolgen voor de patiënt. Zestig procent gaf aan dat een collega wel eens een rekenfout maakte, met in bijna twintig procent van die gevallen consequenties voor de patiënt, zoals diarree en overgeven, pijn, verlengde ziekenhuisopname of reanimatie. Elf respondenten noemden zelfs overlijden als gevolg van een medicatie-fout. Wat doe je dan?  De clou van de verpleegkundige werkzaamheden lijkt hier dat de juiste medicatie op de juiste wijze aan de juiste persoon wordt toegediend op het juiste moment. En hoe dat resultaat het beste tot stand komt, is afhankelijk van de context.

Basisrekenvaardigheden worden in het basisonderwijs opgedaan en ‘geautomatiseerd’, dat wil zeggen zodanig geoefend dat het werkgeheugen wordt ontlast en het antwoord als rekenfeit uit het langetermijngeheugen wordt opgehaald. Het werkgeheugen is dan beschikbaar voor complexe rekenproblemen. Hoofdrekenen is natuurlijk een goede ‘denksport’ maar niet altijd het meest efficiënt en effectief in een werksetting, zoals ook uit de verpleegkundigenpeiling blijkt. In de praktijk is het verpleegkundige werk divers en reactief van aard: afleiding en pogingen tot multitasken zijn aan de orde van de dag.  Human factors specialisten denken daarom eerder aan ‘automatisering van rekenen’ in de vorm van een gepaste taakondersteuning door informatietechnologie, dan aan het verbeteren van de eigen automatisering van het hoofdrekenen rond doseringen, of herhaalde rekentoetsen en protocollen met controles door collega’s.

Human factors gaat over het zorgvuldig toebedelen van taken, werkzaamheden, aan mens of machine rekening houdend met de context van het werk. Het mentale denkproces rond medicatietoediening inclusief het hoofdrekenen bestaat uit een aantal fasen.
• De eerste fase betreft informatievergaring. Bezien vanaf een afstandje, lijkt hiervoor al informatietechnologie te bestaan: het elektronisch patiëntendossier (EPD) bevat immers al patiëntinformatie zoals leeftijd en actueel gewicht van de patiënt én de voorgeschreven medicatie. Maar in de praktijk zoekt de verpleegkundige deze informatie op en onthoudt deze zelf voor de volgende stap.
• De daarop volgende fasen van informatie analyse (de informatiebrokjes van patiënt- en medicijninformatie combineren) en besluitvorming vindt nu ook in het hoofd van de verpleegkundige plaats. Dit zou mogelijk beter ondersteund kunnen worden in de zin van het snel en correct rekenkundig laten verwerken van de beschikbare informatie uit het EPD tot een gepaste dosering van het juiste medicijn. Het omrekenen van standaard volumes en doseringen naar een specifieke dosis, kan met informatietechnologie ook ondersteund.
• De laatste fase van medicatietoediening met de daadwerkelijke uitvoering van bereiden en toedienen van medicatie is momenteel ook handwerk. Het automatiseren van deze fase is pas aantrekkelijk als er sprake is van enige uniformiteit in de producten en bepaalde mate van aantallen.

Dit vraagstuk rond het automatiseren is kenmerkend voor ons vak. Human factors gaat steeds meer over het ondersteunen van IT-ontwikkelingen, namelijk bij het maken van keuzes rond automatisering. Wat moet er geautomatiseerd worden en op welke wijze? Sheridan & Verplanck hebben in 1978 al een basisindeling gemaakt van de mate van automatisering van taken in tien niveaus, voor het maken van goede keuzes (level of automation), die nog steeds bruikbaar is. De mate van automatisering loopt uiteen van helemaal geen ondersteuning bieden (level 1), voorselectie van alternatieven, automatische uitvoering met informatie van de gebruiker of zelfs geheel autonome uitvoering (level 10). Bij elke van de vier fasen van de informatieverwerking is er een optimaal niveau van interactie met informatietechnologie, waarbij de gebruiker én wordt ondersteund, én ook nog ‘in the loop’ blijft en altijd weet hoe te handelen.

In de praktijk zien we wel eens ‘automatisering omdat het kan’. Maar soms is automatisering gewoonweg niet gepast of niet passend op de specifieke operationele context en ontstaan er meer fouten of inefficiënte werkprocessen. Zo blijken volgens onderzoek door de EEMUA, ondanks het bestaan van kennis en goede richtlijnen rond alarmmanagement, juist de nieuwste fabrieken te lijden aan stortvloeden aan informatie en alarmen. Juist nu, met toenemende mogelijkheden is nadenken over human factors van automatisering nodig. Uit de geschiedenis weten we dat explosies, schipbreuken en milieurampen daar de consequenties van kunnen zijn, net als dat de peiling in het vaktijdschrift van verpleegkundigen onnodig letsel als gevolg laat zien. En met zo’n mooi nieuw jaar voor ons, willen we daar toch allemaal aan werken? Neem gerust contact met mij op.

6 januari 2016 – door drs Kirsten Schreibers EurErg

Datum van publicatie

6 januari, 2016

Category

Tags